Vernadsky's 'Geschiedenis van Rusland' is een groots opgezette beschrijving van de groei van het ontzaglijke Russische rijk zoals we dat heden ten dage kennen, en waarvoor de naam Eurazië misschien juister zou zijn. Hij gaat terug naar het allereerste begin, de tijd van de nomadenstammen, en volgt de gang der historie via de Kiewse staat, de Mongoolse periode, het Moskouse tsarendom in de 16de en 17de eeuw en het Russische keizerrijk van Peter de Grote tot Nicolaas de 2de, om tenslotte ongeveer één derde van het boek te wijden aan de revolutie van 1917 en wat daarop volgde: de ontwikkeling, ondanks onvoorstelbare moeilijkheden en beproevingen van de Sowjet-Unie tot een wereldmacht. Volle aandacht wordt gegeven aan de sociale, religieuze en culturele aspecten van de Russische beschaving door de loop van de eeuwen heen, en zowel de economische problemen als de vraagstukken van buitenlandse en binnenlandse politiek, waarvoor Rusland zich in het nucleaire tijdperk geplaatst ziet, worden met een schat aan feitenmateriaal en ongemeen interessante beschouwingen toegelicht.